Startpagina??? > ???Eigen schrijfsels??? > ???

Hannekemaaiersfamilies

In de 18e eeuw was seizoenmigratie op Goeree en Overflakkee eenbekend verschijnsel. Arbeiders van elders kwamen helpen bij het oogsten van delandbouwgewassen. Vooral in de intensieve meekrapteelt was er veel vraag naararbeid, niet alleen op het land bij het trekken van het gewas, maar ook bij deverwerking van het product in de stoven. In vrijwel alle dorpen werd wel zo???nstoof gebouwd. In Achthuizen is er een blokje huizen dat bekend staat als deStoof. Daar heeft ooit zo???n gebouwtje gestaan, maar ook in de andere dorpenherinnert de naam Stoof aan die lang vervlogen tijd.

Bij de verwerking van meekrap werd ???s nachts doorgewerkt. Dearbeiders kwamen uit naburige streken, West-Brabant, het Land van Heusden enAltena, en van andere eilanden in Holland en Zeeland, maar ook van verder,Vlaanderen, de Kempen, Oost-Brabant Gelderland en Limburg.

Uit Duitse streken, Gulikerland, Rheinland en Westfalen,kwamen arbeiders die bekend stonden als Hannekemaaiers. Zij kwamen in grotegroepen met de korte zeis op de rug naar Nederland gelopen om gras te maaien,maar ook voor ander werk hadden ze belangstelling. Na gedane arbeid gingen zeterug naar hun geboortestreken. Het jaar daarop kwamen ze weer. Deseizoensarbeid was voor de migranten aantrekkelijk, want de lonen die inNederland betaald werden waren hoger dan die in hun geboortestreek. Hetgescheiden leven van hun gezinnen was natuurlijk een probleem. Soms hadden demannen dan ook hun vrouwen en kinderen bij zich, en werden er op het eiland zelfskinderen geboren en gedoopt. In het doopboek stond bij deze dopen in dekantlijn de aantekening ???vreemden??? of in het Latijn ???peregrini???.

Omdat de Hannekemaaiers vrijwel allemaal rooms-katholiekwaren, lieten ze hun kinderen in Oude Tonge dopen. Daar was een katholiekestatie, in de zeventiende eeuw geleid door Jezu??eten, vanaf het begin van de 18eeeuw door pastoors. Een aantal van de Duitse gastarbeiders vestigde zichdefinitief?? op het eiland, in de buurtvan hun werkomgeving, de Stoof. In Sommelsdijk was dat de familie Joepen, diezich later Joppe ging noemen. In ??Melissant woonde de familie Bos. De familieHolthausen woonde op Herkingen.??

Goert Joepen en zijn vrouw Gertrud Boosch lieten hun eerstekinderen nog in Oude Tonge dopen, de laatste kinderen werden in Sommelsdijkdoor de predikant gedoopt. Deze familie ging kennelijk over tot degereformeerde kerk. Ook de dochter van Henricus Bos zou niet katholiek trouwen.De familie Holthausen bleef het oude geloof trouw. De naam veranderde inHouthuizen. Nazaten van deze ooit Duitse familie wonen nu nog op het eiland,voornamelijk in Oude Tonge en Achthuizen. Ook de familie Joppe is op het eilandgoed vertegenwoordigd. Zowel de familie Joepen als de familie Holthausen kwamuit D??lken, een plaats net over de grens bij Venlo. Zes van de kinderen vanPetrus Holthausen en Anna Catharina Grinboldt zijn in D??lken geboren, deoudste, Antonius in 1747. Van hem stammen alle Flakkeese Houthuizens af. Na degeboorte van hun zesde kind in 1759 moeten Petrus en Anna Catharina definitiefnaar Herkingen zijn verhuisd. In 1761 werd hun jongste zoon Josephus daargeboren. Hij trouwde met Catharina Jongeboer met wie hij samen drie kinderenkreeg. Van deze kinderen is niet bekend, of ze volwassen zijn geworden. Antoniustrouwde met Maria Molenaar. Van dit paar weten we dat ze 2428 directenakomelingen hebben gekregen, verdeeld over negen generaties. Ik ben een vandie nakomelingen.


Hannekemaaiers aan het werk (bron??zijpermuseum)